3 cases leren u hoe u een klemmeter kunt gebruiken om motorfouten te detecteren
Geval 1
Fenomeen: een ertsbreker, de tractiemotor is 15 kW. Nadat de motor is gereviseerd, werkt deze normaal zonder belasting, maar deze kan geen belasting dragen. Zodra de belasting is toegevoegd, wordt de motor overbelast en struikelt. Na inspectie zijn de mechanische en voeding normaal. De DC -weerstand van de motorspoel is respectievelijk 2,4Ω, 3,2Ω en 2,4Ω; De driefasige no-load stroom gemeten door de klemmeter is respectievelijk 9A, 5A en 8,8A. Het kan worden bevestigd dat de motorspoel defect is.
Analyse: Na het verwijderen van de motorafdekking werd gevonden dat een van de draaduiteinden van een fase -wikkeling los was en het soldeer werd gesmolten. De motor wordt parallel gewikkeld met twee draden, waarvan de ene is losgekoppeld en de andere nog steeds is verbonden, zodat het koppel wordt verminderd en het alleen kan roteren zonder belasting, maar het kan geen belasting dragen.
Case 2
Fenomeen: er is een motor met een nominale kracht van 13 kW. De spoel wordt teruggegaan en getest. De motor draait normaal wanneer deze zonder lading loopt. Na het dragen van belasting is de motorsnelheid erg langzaam of roteert zelfs niet. De voedingspanning en elke faseweerstand werden gemeten als normaal. De driefasige no-load stroom gemeten met een klemmeter was in principe gebalanceerd, maar de huidige waarden waren allemaal klein.
Analyse: Er werd geconcludeerd dat de wikkelverbinding verkeerd was. Na het openen van de eindbedekking werd gevonden dat de motor, die oorspronkelijk in de △-modus was verbonden, ten onrechte in de Y-modus was verbonden, waardoor het normale bedrijfskoppel klein werd en de belasting niet kon dragen, omdat het koppel van de Y-verbindingsmodus een derde is van die van de △-verbindingsmodus.
Geval 3
Fenomeen: een machinegereedschap maakt gebruik van een 4KW -motor. Nadat het vermogen is ingeschakeld, roteert de motor niet, maar maakt alleen een zoemende geluid. Na het verwijderen van de motortordel, werd vastgesteld dat er vermogen aan de voedingzijde was, de driefasige spanning was normaal, de DC-weerstand van de wikkeling was in balans, de isolatie was gekwalificeerd en de machine draaide flexibel. Vervolgens werd de no-load stroom gemeten met een klemmoker op de motordabel aan de onderkant van de schakelaar. Het resultaat was dat er stroom was in twee fasen en geen stroom in één fase.
Analyse: het laat zien dat de draad defect is in de draadbuis. Na het uittrekken van de draad in de stalen buis, bleek dat een deel van de draad in principe was gebroken, naar elkaar toe gericht als twee naalden, en er was wit oxidepoeder aan het uiteinde van de draad. Dit komt omdat de trekkracht te groot is bij het passeren door de pijp, de draad dun en langwerpig wordt uitgerekt en de stroom wordt verwarmd en geoxideerd op het punt waar deze lange tijd lijkt te zijn verbroken. Op dit moment kan de spanning nog steeds worden gemeten op de draadkop, maar geen stroom kan passeren.
